Dos hombres

Gran Canaria, februari 2016

20160215GranCanaria02

Vanaf het terras hoor ik hoe in de verte op deze mooie zondagochtend het land bewerkt wordt. Zo’n 100 meter beneden mij zie ik twee mannen op een akkertje op de steile helling met een hak de dorre grond omploegen.

De oude man met grijze baard en de jonge vent met ontbloot bovenlijf werken ieder in een eigen tempo; de man hakt geconcentreerd door maar de jongen stopt regelmatig en kijkt dan wat verveeld om zich heen. Hij heeft er duidelijk geen zin in maar durft er niet mee op te houden omdat hij z’n vader heeft beloofd hem op deze zondag te helpen. Hij is immers alleen ‘s weekends thuis en als hij doordeweeks in de stad de student uithangt, moet z’n vader het helemaal in z’n eentje rooien.

Dat laatste weet ik natuurlijk helemaal niet, ik verzin ter plekke m’n eigen verhaal rondom wat ik zien.

Er zit geen systeem in hun werkwijze. Ze lopen gebogen boven een stukje grond waaruit wat verdorde sprieten omhoog steken en hakken willekeurig wat in de grond om hen heen. De bodem is droog en hard en het kost hen zichtbaar moeite om het akkertje om te ploegen. Achter het tweetal staan twee kuipen waar ze regelmatig wat knollen in gooien die ze oprapen uit de omgewoelde grond.

Een hond blaft in de verte, een haan kraait, vogels fluiten en af en toe is in de verte het geronk van een auto hoorbaar.
Dan klinkt van de andere kant van het dal een donkere mannenstem die iets roept naar de werkende mannen. De oude man strekt zijn lijf, laat z’n hak vallen en zoekt met z’n rechterhand iets in een diepe binnenzak. Dan haalt hij een flitsend mobieltje tevoorschijn, brengt het naar z’n oor en brult door het dal “¡Dígame!”.